Kniepijn tijdens het fietsen.

Blessures die ontstaan zijn door fietsen (race, mtb, gravel, TT), komen in veel verschillende vormen voor. Ongeveer twee derde van alle blessures ontstaat door een acuut moment, oftewel een valpartij, al dan niet voorafgegaan door een botsing met een andere weggebruiker of een (verkeers)object. De meest voorkomende regio van blessures bij acute klachten is, niet verrassend, de schouder. Meer specifiek de sleutelbeenbreuk. Op de voet gevolgd door hoofdletsel (meestal een lichte hersenschudding) en overige schouderklachten zoals een breuk of een dislocatie (schouder uit de kom).

Eén derde van de klachten ontstaat dus min of meer geleidelijk en anders dan bij de acute klachten, is het soms lang niet altijd duidelijke wat de onderliggende reden is. Overmatig belasten (verkeerde belasting-belastbaarheid verhouding), een suboptimale fietsafstelling of ondeugdelijk of verkeerd materiaal behoren tot de mogelijkheden. Met stip op één staan knieklachten, op gepaste afstand gevolgd door rugklachten en heup/liesklachten. In dit stuk gaan we wat nader kijken naar knieklachten; over het ontstaan daarvan en welke oplossingen daarbij horen zijn de meningen nogal verdeeld.

knieklachten op de fiets

Knieklachten

Als we het in dit verband over knieklachten hebben, dan bedoelen we pijn aan de voorkant van de knie (dus rondom de knieschijf). Uiteraard zijn er meerdere pijnplekken, maar deze komt percentueel het meest voor en daarom behandelen we die wat uitgebreider. Vaak hebben cliënten die met dit soort klachten bij ons komen, al een heel proces doorlopen in het zelf afstellen van de fiets. Vaak met ondersteuning van youtube filmpjes en blogs over dit onderwerp, hebben ze aanpassingen gemaakt. Soms succesvol (er is best veel zinnige content te vinden) maar vaker toch met maar gedeeltelijk of geen resultaat. In de meeste gevallen zien we dat mensen hun zadel een stuk omhoog zetten met de gedachte dat minder buiging van de knie (bovenste en onderste kniehoek) leidt tot minder klachten. Of beter gezegd: de gedachte heerst dat meer buiging van de knie in relatie staat tot een toegenomen kans op knieklachten. Wat ook regelmatig voorkomt is dat men heeft getracht te meten of de voorkant van de knie niet voorbij het hart van de pedaalas komt met de trappers in horizontale positie. Ook dit zou de kracht op de knie(schijf) vergroten en daardoor de kans op klachten laten toenemen.

De vraag is of deze veronderstellingen juist zijn. In bepaalde gevallen zal het zeker zo zijn dat er sprake is van reductie van de klachten als het zadel omhooggaat, maar dat heeft veel minder met de veranderde onderste en bovenste kniehoek te maken dan wordt aangenomen. In de literatuur is weinig evidentie te vinden dat (binnen redelijk marges) de kracht die de knie bij een bepaalde buiging ondergaat en daaraan gekoppelde druk in relatie staat tot knieklachten. Met andere woorden: de zadelhoogte alleen is niet bepalend voor het de kans op het ontstaan van kniepijn. Veel sterker bewijs is er voor het te veel zijwaarts (en vooral binnenwaarts) bewegen van de knie tijdens de trapfase i.c.m. de hoek die de enkel maakt tijdens het trappen. Dus het lijkt eerder zo te zijn dat niet de druk op knie verantwoordelijk is voor de pijn, maar of er een voldoende gecoördineerde beweging plaatsvindt die zorgt voor een goede distributie van die druk. Dat zou kunnen verklaren waarom we zien dat de knieklachten niet verdwijnen bij het omhoog brengen van het zadel: ondanks de toegenomen kniehoek, beweegt de knie nog altijd coördinatief niet naar behoren.

Ook voor de knie-voorbij-de-pedaalas doctrine is geen wetenschappelijke evidentie. Het ontstaan van deze gedachte (uit begin jaren ’80) is een verbastering van een methode om snel te zien of een renner de juiste fiets heeft met de gedachte dat als de voorkant van de knie over de as van de trapper valt, het frame wel ongeveer juist zal zijn. Later zijn hier biomedisch consequenties aan gehangen die iets zouden zeggen over de kans op blessures. Tot nu toe is daar wetenschappelijk weinig bewijs voor geleverd.

Fietspositiemeting

Terugkerend naar de kniepijn: het goed kunnen bepalen van de bewegingen en coördinatie van de fietser is dus van groot belang om iets te kunnen zeg óf en in welke maten de afstelling van de fiets als geheel bijdraagt aan de klachten. Soms ligt het niet zozeer aan de afstelling van de fiets maar aan andere factoren. Daarom voeren we altijd een uitgebreid lichamelijk onderzoek uit om te bepalen of er mogelijk andere onderliggende factoren zijn die invloed hebben op het ontstaan van of het onderhouden van de knieklacht. Soms zit de oplossing niet aan de kant van de fiets, maar bij de fietser 😊. Pas daarna gaan we met ons geavanceerde Retül bike-fit systeem kijken naar de bewegingen op de fiets en welke veranderingen er plaatsvinden bij het aanpassen van de afstelling.

In een volgend blog zal ik verdergaan over mogelijke oplossingen voor dit soms hardnekkige probleem.

retul
Foto van Mark Schouten

Mark Schouten

Sportfysiotherapeut en bewegingsdeskundige. Mark is sinds 2019 verbonden aan Sportgeneeskunde Midden Nederland. Hij heeft meer dan 15 jaar ervaring als (sport)fysiotherapeut en werkt hier als bewegingsspecialists en echografist. Mark voert zowel de fietspositie-analyse als de hardloop-analyses uit. Daarnaast heeft hij ruim 12 jaar ervaring als musculoskeletaal echografist. Hij ondersteunt hierin de sportartsen door echo’s te maken van o.a. pezen, spieren en gewrichten. Mark is wielrenner in hart en nieren.